-
1 incorporate
adj. samengebonden, vastgebundeld; aangesloten (bij een zaak/vereniging)--------v. omvatten; verenigen; toelaten (van een lid); opzetten van een vennootschapincorporate1[ inko:pəreet] 〈zelfstandig naamwoord: incorporation〉2 een onderneming/naamloze vennootschap oprichtenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 opnemen ⇒ verenigen, incorporeren4 onder/samenbrengen in een naamloze vennootschap♦voorbeelden:————————incorporate2[ inko:prət] 〈 bijvoeglijk naamwoord〉→ incorporated incorporated/ -
2 incorporatedness
n. het (zich tot één geheel) verenigen; het oprichten van een vereniging -
3 reincorporation
n. het opnieuw oprichten van een naamloze vennootschap, het zich tot een geheel te verenigen; het opnieuw inlijven (als lid toelaten) -
4 consolidate
v. vormgeven; versterken; vermengen[ kənsolliddeet] 〈zelfstandig naamwoord: consolidation〉1 hechter/steviger/stabieler worden2 zich aaneensluiten ⇒ samengaan, fuserenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 consolideren ⇒ verstevigen, stabiliseren♦voorbeelden: -
5 unite
v. verenigen; zich verenigen[ joe:najt]1 zich verenigen ⇒ samenwerken, fuseren♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉
Перевод: с английского на все языки
со всех языков на английский- Со всех языков на:
- Английский
- С английского на:
- Нидерландский